Op 30 juli 2016 kwam The Economist uit met een artikel ‘Comrade Bob besieged. A fresh round of challenges to Robert Mugabe’s deadly grip on power’. Onder leiding van Evan Mawarire, een tot dan toe onbekende geestelijke, kwamen kerken en de middenklasse in verzet tegen Mugabe. Toen Mawarire, die zich wikkelde in de vlag van Zimbabwe, gearresteerd werd kwam een grote menigte opdagen bij het gerechtshof om zijn vrijlating te eisen. Wat een dag later ook gebeurde. Daarna vluchtte hij naar Zuid Afrika.

Steun

In juli volgden stakingen, taxi – en minibus chauffeurs legden het verkeer lam en het werd duidelijk dat de mensen het allemaal meer dan zat waren. Zelfs de veteranen roerden zich en spraken over het bankroet van zijn leiderschap en dictatoriale opstelling van hem en zijn getrouwen. Niet dat Mugabe toen eieren voor zijn geld koos. Samen met zijn vrouw Grace en de getrouwen zette hij de tegenaanval in. En daarmee gaf hij duidelijk aan dat hij zich niet zo maar gewonnen gaf en dat hij nog altijd een groep achter zich had, die hem steunde omdat zij daar veel voordeel bij heeft. Toen werd aangegeven dat het onduidelijk was wat de positie was van Emmerson Mnangagwa, de vicepresident. Maar dat de weerstand tegen Mugabe steeds sterker werd was wel duidelijk.

Druppel

Hoe de World Health Organization (WHO) er dan ook bij kwam om hem eind oktober dit jaar te willen benoemen tot ‘goodwill ambassadeur’ blijft een raadsel. (Update: die titel is inmiddels ingetrokken. Lees hier). Niet alleen vanwege zijn reputatie groeide de weerstand. Het wegsturen van Mnangagwa en de groeiende macht van Grace Mugabe waren kennelijk de druppel die de emmer deed overlopen. Het leger kwam in het geweer, de veteranen en de partij geven nu aan hem helemaal zat te zijn. De enige die het nog niet heeft begrepen is Mugabe zelf.

Afwachten

Inmiddels is duidelijk dat Mnangagwa zich de nieuwe president van Zambia mag noemen. Het is nog maar de vraag of het land er op korte termijn iets mee opschiet. Hij was jarenlang de rechterhand van de dictator en de kameraden die in de coulissen het bewind zo lang hebben gesteund blijven zitten. Ook de top van het leger. En zolang de veteranen uit de onafhankelijkheidsstrijd nog steeds een grote vinger in de pap hebben zal er maar weinig veranderen. Of de generaties die na 1980 geboren zijn zich blijvend zullen neerleggen bij een ondergeschikte positie, ondanks hun aantal, blijft afwachten. Hopelijk breken er voor Zimbabwe snel betere tijden aan.

Peter Lindhoud